Samenvatting en conclusies Met deze publicatie wil het Fietsberaad wegbeheerders een handreiking bieden bij de keuze tussen een fietspad of parallelweg bij gebiedsontsluitingswegen (GOW) buiten de kom. De aspecten die (kunnen) worden gebruikt bij de afweging worden voor het voetlicht gebracht en de voor- en nadelen van verschillende oplossingsmogelijkheden worden aan de hand van praktijkvoorbeelden besproken.
Achtergronden Hoofdstuk 2 zet de achtergronden op een rij. Hierbij wordt ingegaan op Duurzaam Veilig, het Handboek Wegontwerp, de ontwikkeling van het landbouwverkeer, de menging van weggebruikers en de resultaten van bestaande verkeersveiligheidsonderzoeken op dit gebied. De belangrijkste bevindingen zijn:
Afwegingskader Hoofdstuk 3 presenteert een afwegingskader dat meer mogelijkheden biedt voor maatwerk dan de huidige CROW-aanbevelingen. In de eerste stap bij dit afwegingskader wordt op basis van de auto-intensiteit en de dichtheid van (erf-)aansluitingen een oplossingsrichting gekozen, namelijk a) downgraden tot erftoegangsweg, b) GOW met bromfietspad of c) GOW met parallelweg. Elke oplossingsrichting heeft echter nadelen. Bij de nadere uitwerking kunnen maatregelen genomen worden om deze nadelen zoveel mogelijk te minimaliseren. Het afwegingskader blijkt goed aan te sluiten bij de praktijk. Tien van de twaalf voorbeelden die voor deze publicatie zijn verzameld, passen naadloos in het afwegingskader. De hoofdstukken 4 tot met 6 lichten de verschillende oplossingsmogelijkheden toe, waarbij ook concrete voorbeelden aan bod komen.
Gebied A: Downgraden tot erftoegangsweg Als de auto-intensiteit laag is maar er zijn wel (veel) erfaansluitingen en zijwegen, gaat de voorkeur uit naar het downgraden tot erftoegangsweg. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen type I (met vrijliggend fietspad) en type II (fietsers op de rijbaan). Hoofdstuk 4 bespreekt deze oplossing. De voordelen van downgraden zijn onder andere minder veiligheidsrisico’s door lagere snelheden en een hoger attentieniveau, vermindering van de barrièrewerking, relatief lage kosten en beperkte landschappelijke gevolgen. Bovendien kan fietsers extra comfort geboden worden door een vrijliggend fietspad aan te leggen. De nadelen van downgraden zijn grotendeels inherent aan de gekozen oplossing. Een ETW is alleen veilig als er ook voldoende maatregelen genomen worden om het attentieniveau te verhogen en de snelheid en de intensiteit van het autoverkeer te beperken. Daarnaast vermindert de doorstroming van het autoverkeer en openbaar vervoer. Bij ETW type I res-teert een aantal conflicten op het fietspad, maar deze zijn minder ernstig dan bij een fiets/bromfietspad langs een GOW, omdat bromfietsers geen gebruik mogen maken van het fietspad.
Gebied B: GOW met vrijliggende fiets/bromfietspaden Bij een gemiddelde tot hoge auto-intensiteit en relatief weinig tot geen erfaansluitingen gaat de voorkeur uit naar een GOW met vrijliggende fiets/bromfietspaden. Het landbouwverkeer maakt gebruik van de hoofdrijbaan. Hoofdstuk 5 bepreekt deze oplossing. Voordelen zijn het comfort en de veiligheid voor fietsers, het grote draagvlak bij weggebruikers, de relatief lage kosten en het beperkte ruimtebeslag. De belangrijkste nadelen van deze oplossing zijn:
Gebied C: GOW met parallelwegen Op gebiedsontsluitingswegen met een gemiddelde tot (zeer) hoge auto-intensiteit en relatief veel erfaansluitingen heeft een oplossingsrichting met parallelwegen de voorkeur. (Brom)fietsers, gemotoriseerd bestemmingsverkeer en landbouwvoertuigen worden ge-mengd op de parallelweg. Het grootste voordeel van deze oplossing is een afname van het aantal ernstige conflicten met autoverkeer dat de (erf)aansluitingen in- of uitrijdt. Daarnaast veroorzaakt het landbouwverkeer geen veiligheidsproblemen en oponthoud meer op de hoofdrijbaan. De belangrijkste nadelen van deze oplossing zijn: